Vorige zaterdag ben ik zoals aangekondigd op bezoek geweest bij multi-media artieste Anne-Mie Van Kerckhoven. Mijn schilderscollega Geert was me voor met een verslag. En ik kan me volledig vinden in zijn impressies. Hierbij nog wat persoonlijke indrukken.

Ik heb vooral respect voor haar pioniersrol. Al sinds de start van het computergebruik in de jaren 70 heeft ze het medium gebruikt om haar ideeën vorm te geven en de grenzen van grafiek, fotografie en schilderkunst te verleggen.

Ik bewonder ook vooral het conceptuele aan haar werk. Headnurse blijft voor mij één van haar sterke werken. Een avatar noch voor er sprake was van virtuele alter ego’s.

We hebben haar leren kennen als iemand die bruist van ideeën en elke dag keihard werkt om ze vorm te geven. Beelden zitten in haar, ze komt ermee wakker en gaat ermee slapen. Elk moment dat ze heeft tekent ze. Energie voor 10 en dat op haar 56ste. Ze heeft onlangs in Berlijn en Shangai verbleven, en ondertussen zit ze in 1001 vzw en verenigingen.

Een gevoelig persoon die héél open en eerlijk overkomt. Ze laat zich sterk beïnvloeden door haar omgeving. Gebrek aan kansen voor bepaalde groepen, zoals vrouwen, armen, in de maatschappij zijn voor haar een gevoelige snaar. Zo hebben we haar ook leren kennen als iemand die wat verbitterd lijkt. Die zich wat miskend voelt. Een zeer bescheiden iemand die het verkopen liever aan een ander laat en haar tijd in productie steekt. De frustratie lag ook bij het medium. Digitale kunst is niet uniek, gemakkelijk reproduceerbaar dus ook minder waard. Nochtans zijn er al heel wat artisten die hier een antwoord op gevonden hebben. Ik denk aan Gilbert and George die hun digitale foto’s voor heel korte tijd gratis downloadbaar maakten en daardoor een limiet niet in aantal exemplaren maar in tijd stelden. Heel geslaagd om met dit medium internet om te gaan.

Haar persoonlijkheid herken je heel duidelijk in haar ateliers. Hoewel ze net terug was na een jaar in het buitenland leek de chaos in het atelier echt natuurlijk. Overal foto’s, massa’s boeken, voorwerpen. Ik kan me voorstellen dat zo’n omgeving inderdaad heel stimulerend werkt. Elk hoekje zette aan tot een schets. Ik kreeg er zelf ook zin in.

Wat ik niet begrepen heb na het bezoek is hoe Anne-Mie gebruik maakt van artificial intelligence, numerologie e.d. Ik zag in haar beelden die AI niet en de tijd was te kort om echt in te gaan op het gebruik van multimedia technieken. Behalve dat het digitaal was bewerkt natuurlijk. Misschien zal ik het na het lezen van haar boek “Beauty, therapeutic use of” beter begrijpen.

Conclusie: ik blijf zeker fan van haar werk en herken soms zaken van mijn eigen werk. Haar interieurs, haar kleurgebruik, haar vormen. Maar ik ben helaas niet wijzer geworden in de multimedia technieken. Integendeel, ik kreeg eerder de indruk dat dit “minder waard” was dan een werk met garantie van uniciteit zoals een schilderij. Toch blijf ik op zoek naar het integreren van nieuwe technologie in mijn werk, is het door de keuze van het onderwerp, of door het gebruik van technologie in het proces. Ik ben er nog niet uit.

Zeker stof voor verdere reflectie en online discussie…