Portraît d’Ame: Ma double vie…

Na een drukke periode van volle focus eindelijk even tijd gevonden om een laatste kunstwerk voor te stellen. Na een jaar werken aan materiaal onderzoek was de laatste opdracht: maak een werk dat we kunnen presenteren op de eindejaarstentoonstelling op de opendeurdag op 23 juni. En dit is het geworden: een wandsculptuur van 3 meter breed, 5 meter diep en 5 meter hoog uit hout, stof en ijzeren winkelhaken, genaamd “Portraît d’Ame: Ma double vie”.

Hierbij geef ik jullie een blik achter de coulissen. Hoe is dat werk precies werk tot stand is gekomen? 
1. De concept tekening

Stap 1: Het concept
In april heb ik het concept uitgedacht en -getekend. Tijdens het jaar bleken mijn favoriete materialen al duidelijk: hout en stof. Ook het thema bleef terugkeren: zielsportretten maken, geen zelfportret, geen portret van mijn gelaat, een portret van mijn ziel. En daar komt het tonen van spanning via deze materialen bij te kijken.

Wat in dit concept duidelijk werd, was de precieze invulling, de inhoud die ik hierin ging gebruiken. Tussen het hout en de stof zou een muziekstuk zitten die de spanning creëerde. Ik zocht een stuk dat voor mij symbolisch was. Via associatie kwam ik van de film “La double vie de Véronique” van Krzysztof Kieslowski bij het zeer melancholisch en beklijvend muziekstuk van Zbigniew Preisner. Van dat ogenblik, totdat ik het werk heb afgewerkt eind mei, is dit stuk in mijn hoofd blijven spelen en heb ik de noten geanalyseerd.

2. Het muziekstuk en de houten stokken

Stap 2:  Omzetten van muziek naar beeld
Eens het concept duidelijk was in mijn hoofd, ben ik gestart met het uitschrijven van het thema van het muziekstuk. Dit was diep graven in mijn geheugen naar mijn kennis over notenleer. Het is 30 jaar geleden dat ik nog een muziekstuk had uitgeschreven op een notenbalk. In eerste instantie hield ik heel sterk vast aan de correctheid van het uitschrijven. De “dictee-oefeningen” waren er hard ingetraind. Eens ik het had, en die sporen kan je nog zien in foto 2, heb ik de notenbalken en de noten op de wand geschreven op een zeer letterlijke manier. Dit zou me een houvast geven om het stuk erin te integreren.

3. uitstulpingen van lange vijzen
4. uitstulpingen van lange vijzen

Ondertussen had ik een eerste experiment uitgewerkt om te zien hoe ik de spanning zou creëren. Op foto’s 3 en 4 zie je het resultaat van dat eerste experiment: het overspannen van de 10 cm lange vijzen die rechtstreeks in het hout waren gedraaid op de plaatsen van de noten.

Uit dat eerste experiment bleek dat om een spanning te creëren op zo’n groot oppervlakte, de lengte van de uitstulpingen een heel stuk langer zouden moeten zijn.

Na een hele denkoefening van in welk materiaal en hoe die uitstulpingen vast te maken aan de wand, kwam ik op het idee van winkelhaken die een haakse bevestiging van houten stokken mogelijk maakte. Die werkmethode kan je ook nog zien op foto 2. Hierbij kan je meteen ook zien dat ik met de positionering van deze stokken volledig ben afgeweken van de uitgeschreven noten van het muziekstuk. Om het muziekstuk naar een sterk beeld te vertalen was het nodig om los te komen van muziekschrift en over te gaan naar een gevoelsmatige beeldtaal die dezelfde spanning en gevoeligheid in het muziekstuk, de hoogtes en de laagtes kon vertellen, zonder de letterlijke partituur.

5. de 1ste overspanning in zwart

Stap 3: De eerste versie in zwart
Ik heb nogal de neiging om sterk rekening te houden met de omgeving. Dit heeft zowel voor- als nadelen. Het blanco canvas dat ik had gekregen waren de 3 wanden. Daarnaast vond ik in de opslagruimte ook grote zwarte doeken. Met deze gegeven materialen ging ik aan de slag om de 1ste overspanning te doen. Aanvankelijk was het ook mijn idee en verwachting dat het zwart grote contrasten en dus ook grote spanning zou tonen. Op basis van het experiment met de vijzen, zie foto 3 en 4, begon ik aan die assumptie al te twijfelen.

6. detail zwarte overspanning
7. detail zwarte overspanning

Na het uitwerken van de 1ste overspanning in de zwarte stof werd het eerste vermoeden verder bevestigd. Het zwart toonde helemaal geen zware contrasten. Het slorpte vooral veel licht op en was ook heel moeilijk of foto vast te leggen. De details, foto 6 en 7, konden mij wel boeien, maar het totale beeld, zie foto 5, gaf me het gevoel dat hier meer in zat. Het leek dof. De spanning kwam er helemaal niet uit. Ik begon te twijfelen aan de kleur, maar vooral ook de stof. De zwarte stof was een dikke katoenen zetelstof. Eigenlijk gedoemd om veel te camoufleren, zeker niet oneffenheden te accentueren.

8. overspanning in groen

Stap 4: Het versterken van de spanning
Door de twijfel aan de stof gooide ik dit gegeven element helemaal overboord en zocht naar een stof die net het omgekeerde effect zou creëren: grotere dieptes en hoogtes, sterkere schaduwcontrasten. In een vorig werk had ik al met deze groene stof gewerkt. Ook daar had het gediend om spanning weer te geven. De groene stof was een dunne, glanzende, elastische velours. De glans toonde hele mooie contrastlijnen waar het licht op viel. De elasticiteit accentueerden dan weer die dieptes doordat de stof tegen de stok werd aangespannen.

9. overspanning in groen

Ik had er meteen ook voor gezorgd dat ik de banden van de stof niet verticaal, zoals met het zwart, maar horizontaal heb gebruikt. Zo creëerde ik een eenheid van de 3 wanden in plaats van 3 aparte platen. Dit was voor mij meteen al een schot in de roos.

Een 2de heel toffe ontdekking was toen ik de 2de band eronder ging spannen. In eerste instantie had ik voorzien om de banden met een rechte lijn te laten onder elkaar vast te maken. Toen bleek dat ik genoeg stof had om ze te overlappen, kwam ik op het idee dat die scheidingslijn helemaal niet perfect horizontaal moest lopen, maar dat die perfect glooiend in het concept kon gepast worden. Dit was voor mij de 2de schot in de roos. Het creëerde een heel mooi contrast met de strakke contouren en de puntige uitstulpingen, en gaf meteen ook de golvende sfeer van het muziekstuk weer.

10. eindresultaat

Stap 5: Het integreren van het werk in de ruimte
Terwijl ik op het punt op foto 9 op zich al heel tevreden was van het resultaat, zeker in vergelijking tot het oorspronkelijke concept, kreeg ik hier een heel belangrijke aanzet van mijn leraar Hendrik Vermeulen. Hij vroeg me hoe ik het werk, dat erachter hing, kon wegwerken. Op dat moment ben ik beginnen denken hoe ik het werk in de ruimte kon integreren. Een bedenking die ik eigenlijk eerder had moeten maken. Maar ik ben nu eenmaal nogal een organisch denker.

Hoe kon ik een relatie maken? Dit was geen gemakkelijke stap. Het eerste waar je aan denkt is een visuele barrière creëren zodat de aandacht van de 2 worden afgescheiden. De eerste invulling van dit concept was dan ook heel letterlijk: met de overblijvende eerder gebruikte zwarte stof “de wanden naar boven doortrekken.” Hier heb ik helaas geen foto van genomen. Onbewust weet ik waarom. Ik vond deze oplossing echt niet passen. Het werd precies een soort kooi dat erboven op stond. Zwarte gordijnen die door hun grote oppervlakte ontzettend veel aandacht eisten en dus aandacht wegtrokken van het groene spel waar het eigenlijk over ging. Vooral de nieuwe vlakverdeling voelde heel slecht aan. Alsof je een schilderij gewoon evenredig in 2 verdeelt en beide delen even dominant maakt. Dit hield geen steek.

Gelukkig heb ik hier mijn intuïtie gevolgd en het lef gehad om terug een stap af te breken. Dit was helemaal niet evident want het optrekken van die gordijnen was een gigantische opdracht, doordat er moest gewerkt worden op meer dan 5 meter hoogte, en ik hier beroep had moeten doen op verschillende mensen om te helen. Toch heb ik deze moeite overboord gegooid en via trial and error, bijsturingen gemaakt. Ladder op, ladder af, kijken, opnieuw verlagen, opnieuw verhogen, stukken laten  overhangen, hoeken weer optrekken. Je kan je al voorstellen dat het schetsen op papier gemakkelijker zou zijn. Toch is dit theoretisch op papier niet uit te denken. Dit moet je proberen en zien of het werkt.

Na een uur of 3 van proberen en bijsturen kwam ik tot het resultaat in foto 10. Hiermee heb ik de stap gezet van een “afscheiding maken” naar een “integratie doorvoeren met de omgeving.” Die zwarte delen krijgen opeens een rol in het werk terwijl ze die oorspronkelijk beoogde functie van afscheiding niet verliezen. Het is een oplossing die beiden combineert.

Voor mij was het op dat moment af. Dit is het werk die ik wou maken. Dit is een portret van mijn ziel. Dit is “Portraît d’Ame: Ma double vie….”

Kom het alvast even bekijken op de opendeurdag:
23 juni tussen 10 en 17u
Academie Gent, Offerlaan 3, 9000 Gent
Mixed Media afdeling